JASPER AERTSZ
SONNETTEN

Uit het niets aangeschoven

Hoe ben ik hier zo waar verzeild geraakt?
Fraai gedekte tafel, maar .... geen bestek.
Dertien disgenoten in bomberjack.
Aan het hoofd een vent die notities maakt.

Een blonde stoot brengt bier en een Big Mac.
Naast mij een bruid - onder haar sluier naakt -
die telkens unheimische zuchten slaakt.
Een zwavellucht vult langzaam het vertrek.

Ik lijk wel in een boze droom ontwaakt. 
Want wat doet die hondenriem om mijn nek,
zijn m'n bretels aan m'n stoel vastgehaakt?

Dan rijst de man aan het hoofd op van z'n plek
en zegt, terwijl hij z'n vingers strekt en kraakt:
'We zijn hier bij elkaar voor het eindgesprek.'