JASPER AERTSZ
SONNETTEN

Flarden angst II

Als flarden angst, zelfs die uit diepste schacht, 
met geen mogelijkheid vervagen,
maar remmen, beklemmen, belagen,
herstapelen tot barse, loden vracht.

Als zijn en denken niet meer behagen,
schuw, stom, geen gevoel bij de zeggingskracht
van de Ander, die op spiegeling wacht,
dan omvat leven louter nederlagen.

En berusting. Vastgelopen, afgevlagd,
ten prooi aan Oudtestamentische plagen:
ultiem verlangen naar een "Hier Rust Zacht..."

Veert geest dan op uit wat is lamgeslagen,
breekt de spinsels, gestold in helse nacht,
welt moed op uit het lengen der dagen?